Op 27 juli jl. is Hans van Ginkel op 83-jarige leeftijd overleden. Hans is ruim 60 jaar Kampong-lid geweest, eerst van hockey, later van jeu de boules. Kampongers Jan van Duren, Ton Blauw, Dick van Boven en Stan Beelen herinneren hem:
Veel leden van Kampong kennen hem van de universiteit waar hij hoogleraar algemene sociale geografie was en van 1986 tot 1997 de langst zittende rector magnificus is geweest. Daarna is Hans nog 10 jaar rector geweest van de United Nations University in Tokio.
Hans heeft ook veel betekend voor de gemeente Utrecht. Daarvoor ontving hij de Gouden stadsmedaille 1948 van de Gemeente Utrecht.
Hans was jarenlang voorzitter van de Jeugdcommissie Hockey van Kampong. Samen met echtgenote Bep en kinderen, Auke en Mapje, vormde hij een echt Kampong gezin. Hans was het type enthousiaste hockeyer, dat bovenal voor zijn plezier speelde, maar het resultaat niet uit het oog verloor. Hij was ook altijd betrokken bij de ontwikkelingen op Kampong en droeg waar mogelijk zijn steentje bij. Zijn beste elftal was het tweede. Later bij de veteranen was hij een fanatieke linksachter, boegbeeld van onverzettelijkheid, stug in de verdediging en slim in zijn passing: hij liet zijn medespelers doen waar zij goed in waren. In de ‘derde helft’ bleek hij de zo belangrijke verbinder tussen mensen. Dat was kenmerkend voor hem.
Na zijn terugkeer uit Tokio naar Nederland is hij gaan jeu de boulen. De laatste jaren ging dat lichamelijk wat minder, maar hij had het nog in zich om zo af en toe de perfecte bal te gooien. Gedreven door het spel, en gelouterd door het leven zei hij dan: “Als ik op zondag één zo’n mooie bal gooi, dan is mijn hele week goed”.
Met Hans verliezen wij naast een gewaardeerde medespeler en bedreven bestuurder met een blauw hart, een bijzonder mooi mens.